Mevrouw Hendrix Schrijft: Kaas, bier en het NFF

“Zeg, ga jij eens bier halen, ouwe gek!” riep Ellen tegen René Mioch.
René Mioch stond over Ellen heen gebogen tegen de jassen aan. De kroeg was vol en zweterig en ik rookte een sigaret ergens tussen de jassen en de muur en een tafel op een bankje gepropt tussen Michael, P de DJ en een jongen die steeds om Dragan Bakema heen hing, maar nu naast ons was komen zitten omdat Nas met Dragan Bakema stond te praten.
Ik begon te lachen. Ik begon zo hard te lachen dat ik bier omstootte, dat over mijn schoenen heenging die ik op de tafel had gezet wegens pijn aan voeten.
Zo hard dat René Mioch opkeek, naar zijn portefeuille greep en bier ging halen en dat Dragan Bakema meewarig z’n hoofd schudde.
Niets is zo oncharmant als een dronken vrouw in een galajurk.
En het begon zo gestructureerd die avond, in de kroeg tegenover de schouwbrug in Utrecht, alwaar het gala van het Nederlands Filmfestival plaats had.

“Heb jij naald en draad?!” belde ik vriendin Nasja in paniek op. Het was een uur of negen in de avond, nog honderd minuten tot het moment waarop we naar binnen zouden gaan. “Ik ben bij Lies en die heeft geen naald en draad en bij de Albert Heijn hebben ze óók geen naald en draad en mijn jurk blijkt drie maten te groot!”
“Ben je afgevallen?”

“Nee!” brulde ik. “In tegendeel!”
Nas had geen naald en draad. “Bel Ellen,” zei ze. Ellen zou ook mee. “Die heeft wel naald en draad.” Ondertussen at ik een bak sla. Sla, want ik moest in een galajurk.
“Ik heb alleen wit en rood,”
zei Ellen.
“Mijn jurk is donkerblauw!” riep ik.  Mijn oksels begonnen warm te worden, mijn hoofdhuid kriebelde. Paniek.
“Ik fiets wel even naar de man,” zei Ellen. “Die heeft heel veel kleuren garen.”
Bij Lies was ook geen krijt te vinden om mijn jurk mee af te tekenen, dus draaide ik ’t arme om en niette met een nietmachine de naden langs mijn zij. Who needs kopspelden anyway, als er een nietmachine is?
Rok en shirt aan, jurk in de tas en hop door de stromende regen in de bus naar de kroeg tegenover de schouwburg.
Ik had nog een half uur.

Buiten, in het donker onder een  parasol in de regen verstelde ik mijn donkerblauwe jurk met zwart garen bij een zeer zwak rood kaarslichtje met een rijgsteek waar mijn moeder zich voor zou schamen. Vloekend. Achter me dronken Nasja en Ellen een biertje. Zoals ieder jaar mogen we met mijn goede vriend P de DJ mee naar het gala van het filmfestival. Op de krappe plee van de kroeg tegenover de schouwburg kleedde ik me om. “Op hoop van zege,” had ik geroepen toen ik de jurk weer buitenstebinnen keerde.
De jurk zat als gegoten. Hier en daar zag je wel wat draad hangen en was de naad gekreukt, maar goed: kniesoor die daar om zeurde.
Langs de rode loper stonden nog wat verregende mensen te kijken. Met ons sneakten twee mensen stiekem mee naar binnen.
“Dat doen we al zeven jaar,” vertelde de jongen bij het ophangen van de jas. “Lukt steeds.”
Glamour in Holland.

Bij de bar liepen we al meteen tegen Carice van Houten aan. Ik glimlachte op mijn allerbreedst. Carice glimlachte terug.
“Wat heeft ze een gek hoedje op!” siste Ellen in mijn oor.
“Ze lachte naar me!” siste ik terug.
We dronken een bier.
We deden of we er hoorden.
We wezen niet naar Barry Atsma die met Birgit Schuurman stond te praten.
We wezen niet naar Jeroen Willems.
En ach, wat had ik graag naar Jeroen Willems gewezen.
De avond vorderde.
Het mooie aan het gala van het filmfestival is dat bijna iedereen doet alsof ze er horen, terwijl ze er niet horen. De twintig mensen die er wel horen, daar gaat het om. Om Carice, om Barry, Birgit, Dragan, Maria, Tycho en  Isolde.
Ik moest denken aan “Het Diner” van Herman Koch. Alwaar het hele restaurant heel hard niet kijkt naar de bekende Nederlander die binnenkomt. Zo voelt het ook op het gala.
We dronken meer bier en in de foyer aten we kaasplankjes op de trap achter het kraampje. (zie foto)

Niets ziet er zo oncharmant uit als dronken vrouwen in een galajurk, maar Carice van Houten blijft Carice van Houten. Vanaf de trap zagen haar wankelend op het kraampje afkomen. Het meisje achter de kaas en worst herschikte gauw heur haar en kleren. Ik kon niet horen wat er gezegd werd, maar ik zag Carice een stuk beenham met saus aanpakken en in haar mond steken, en die handeling, die ging mis. Beenham wreef over haar wang, saus zat op haar kin. Het deerde haar niets. Ik stootte Nas en Ellen aan, maar Nas en Ellen waren buiten naar Michael en Jilles aan het gebaren, die in spijkerbroek en trui in de stromende regen stonden. Ik keek spichtig de foyer rond. Níémand keek.
Met haar ogen gesloten kauwde Carice door en wreef ze de saus met haar blote arm van het gezicht, ze slikte, opende haar ogen, glimlachte naar het meisje en draaide wiebelend om.

“Wat was er?” vroeg Ellen. Nas was ondertussen naar de ingang gerend om Michael en Jilles binnen te smokkelen.
“Niks,” zei ik. “Niks. Zal ik nog bier halen?”
We dansten op de  plaatjes van P de DJ, Michael en Jilles druipend van de regen, en we verzopen al ons geld. Schoenen werden uitgeschopt, op de bar stond een Gouden Kalf . En toen de avond eenmaal ten einde was schuifelden we naar de uitgang, alwaar Michael en Ellen bezig waren Barry Atsema mee te krijgen naar ‘t Pandje. Maar Barry wilde niet mee. En Carice ook niet.
Dan maar René Mioch. En die ouwe dronken regisseur waarvan niemand z’n naam nog wist.
We belandden in ‘t Pandje.

Die nacht stopte er geen taxi voor me en moest ik mank van de blaren naar het Neude hobbelen en die ochtend werd ik te vroeg wakker van de zon die in mijn gezicht scheen. Ik was vergeten de gordijnen dicht te doen. In de spiegel zag ik dat ik een dik rood oog had en toen niet snel daarna de telefoon ging was het eerste dat de beller zei nadat ik opnam: “Zo! Spreek ik met Barry White?”
Niets is zo oncharmant als een dronken vrouw in een galajurk in de regen terwijl er geen taxi stopt.
Ik ben geen Carice.
Ik drink nooit meer.
Ik rook ook nooit meer.
Ik ga nooit meer naar ‘t Pandje na vier uur ‘s nachts.
Ik ga überhaupt nooit meer naar ‘t Pandje.
Ik neem nooit meer bier aan van Dragan Bakema en al helemaal niet meer van die naamloze regisseur die zo oud en lief en straalbezopen rondliep, waarvan niemand meer informatie had dan dat het vroeger een bekend regisseur was.
Glamour in Holland.
Volgend jaar weer.

Mevrouw Hendrix


Mevrouw Hendrix (
Hanneke Hendrix) schreef onder meer voor Literair Productiehuis de Wintertuin, Passionate Magazine, Het Zuidelijk Toneel, Raymi Sambo’s VIG, de HoorSpelFabriek en festivals als Into the Great Wide Open en Lowlands. Ze is overigens gek op hoorspelen, maar heeft het niet altijd op de grindbak. Ook heeft ze een goed gelezen weblog en onderhoudt ze samen met Eva Mouton een zeer marginaal achterklapblog.

Lees ook:Danny DeVito: ‘Dronken? Welnee, ik was aan het acteren!’
Lees ook:Heidi Klum uit de kleren bij Ellen DeGeneres
Lees ook:Carice van Houten boos om foto tepel Revu (zie foto!)
Lees ook:Video: Oh Oh Cherso’s Barbie getrouwd!
Lees ook:Carice van Houten het nieuwe gezicht van MEXX

Geen reacties // Reageer

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.

De volgende HTML tags en attributen zijn toegestaan: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>